Brief VIII
Beste vrienden en bekenden,
Het is al weer bijna drie maanden geleden dat ik jullie een brief stuurde vanuit het 80+-land. Ik zocht naar een geschikt onderwerp dat me boeiend leek en dat ik aan kon.
Toch laat ik nu maar iets van me horen, want ik krijg voldoende positieve reacties op mijn brieven om er nu al mee te stoppen. Al meen ik ook te merken dat ik sommigen overvoer met mijn scripturen. Men late ze in alle rust voor wat het is: ongevraagde en vrijblijvende mail.
Ofschoon ik dus geen nieuw onderwerp heb deze keer, is er wel aanleiding om eerder aangeroerde thema’s wat uit te diepen of aan te vullen. Zo heb ik me misschien in mijn brief van eind november toch wat al te lichtvaardig en optimistisch uitgelaten over de omgang van mannen en vrouwen in deze tijd en onze contreien. De veel commotie veroorzakende schandalen bij The Voice en Ajax – en waarschijnlijk daar niet alleen – stemmen mij en vele anderen bepaald niet vrolijk. Treurige toestanden. Er is blijkbaar nog een brede rand van wancultuur, ja, van barbarisme in de benadering van de man tot de vrouw (en misschien ook omgekeerd, zeg ik heel voorzichtig).
We missen de taal, de kennis en de kunst om hartelijker, openhartiger, argelozer,vrijer als mannen en vrouwen, jongens en meisjes met elkaar om te gaan.
We hebben het onvoldoende geleerd onze cultuur. We hadden en hebben andere prioriteiten en belangen. Toch stem ik graag in met mijn grote theologische leermeester Karl Barth dat de man-vrouwrelatie ‘die Mitte der Humanität’ is. De kern, het hart van het menselijk leven. Het mooiste en het beste. Evenwel ook het bederf van het beste is het slechtste!
Er is nog veel te leren in de verhouding van de seksen tot elkaar. Ik denk en hoop dat dat ook kan. We weten al wat niet goed en mooi is tussen man en vrouw en we moeten zonder het al te weten vragen en zoeken naar het wezenlijke en waardevolle van erotiek en seksualiteit. Praktiserend en theoretiserend. Beide. In het eerste ben ik geen voortrekker geweest, maar in het beschouwende en reflecterende heb ik wel enige wegen verkend en misschien zelfs ontsloten waarop we zinvol en adequaat over de menselijke seksualiteit kunnen denken en spreken.
Een proeve daarvan voeg ik toe in de tweede bijlage. Het is een niet eerder gepubliceerde lezing uit 2010, gehouden in Deventer. Het is stevige kost en een tamelijk lang verhaal als aanvulling op deze korte brief. Neem er de tijd voor. Ik hoop dat menigeen het kan waarderen.
Hartelijke groet, Rens
(16 februari 2022)